"Het businessmodel klopt en de Champions League van Club Brugge helpt ook": JPL-clubs hebben recordzomer achter de rug
In dit artikel:
De Belgische transferperiode sloot gisteravond om middernacht, en de Jupiler Pro League-klubs registreerden dit seizoen een recordomzet van 368,5 miljoen euro aan spelersverkoop. Grote bewegingen gebeurden voornamelijk in juli, augustus en tijdens de sluitingen van buitenlandse markten; de laatste Belgische slotdag bleef relatief rustig, aldus makelaar Stijn Francis, die wel recent druk was toen andere competities sloten.
KRC Genk verkocht onder meer Tolu aan Wolverhampton, doelman Senne Lammens vertrok van Antwerp naar Manchester United, terwijl Antwerp zelf nog versterking haalde uit Frankrijk en Congo en Anderlecht een extra verdediger toevoegde. Club Brugge profiteerde flink: alleen al de transfers van Jashari, De Cuyper en Talbi leverden 76 miljoen euro op. Topverkopers waren Club Brugge (83,5 miljoen), Union (69 miljoen), Genk (45,5 miljoen) en Antwerp (42,7 miljoen). De drie duurste uitgaande transfers waren Jashari (€36 miljoen), Tolu (€26 miljoen) en Ivanovic (€22,8 miljoen). Cijfers: Transfermarkt.
Francis wijst het succes niet toe aan toeval maar aan een helder businessmodel: Belgische clubs focussen op het opleiden van jong talent en verkopen met winst door. De Jupiler Pro League fungeert zo steeds meer als doorgeefcompetitie, waarbij de fysieke speelstijl en Europese prestaties (zoals Club Brugge in de Champions League) extra belangstelling uit de topcompetities genereren. Over de weeklange verlenging van de Belgische transferperiode — bedoeld om aan antiwitwasregels te voldoen — is hij sceptisch: enkele extra dagen zijn nuttig, maar niet een hele week.