John Heymans baalt én relativeert na uitschakeling: "In de sport zijn er geen wonderen, of je moet doping nemen"
In dit artikel:
John Heymans strandde op de 5.000 meter tijdens het wereldkampioenschap: na een veelbelovende start zakte hij in de tweede helft terug en werd 13e, goed voor geen plaats in de finale. Hij had gehoopt het goede voorbeeld van landgenoot Isaac Kimeli in de reeksen te volgen en miktte, na zijn 11e plaats op de Olympische Spelen in Parijs vorig jaar, opnieuw op een finaleplek.
Heymans worstelde het afgelopen seizoen met diverse blessures maar slaagde er in de zomer toch in zich voor het WK te plaatsen. In de wedstrijd voelde hij zich tactisch goed gepositioneerd en hield hij zich aanvankelijk vooraan, zodat hij geen krachten hoefde te verspillen om het peloton in te halen. Toch bleek zijn cardiovasculaire conditie onvoldoende — een direct gevolg van de beperkte voorbereiding door de blessureperiode — en daardoor kon hij niet meedoen om de topplaatsen. Over zijn optreden zei hij onder meer dat het al "een mirakel" was dat hij überhaupt op dit WK stond.
De blessures liggen inmiddels achter hem, maar de teleurstelling is voelbaar. Heymans is echter nuchter en toekomstgericht: hij en zijn team gaan de trainingsopbouw voor dit WK vergelijken met die naar de Spelen om lering te trekken en te verbeteren. Als bemoediging wijst hij naar collega Andreas Almgren, die binnen twee jaar van niet-finale naar WK-brons ging; het verschil tussen plekken is klein en resultaten fluctueren. Heymans benadrukt dat hij eerlijk en zonder doping wil presteren en dat hij op basis van zijn inzet gerust kan blijven kijken naar de toekomst.