Met terugkeer naar zijn roots als missend puzzelstukje: hoe Isaac Kimeli ondanks resem tegenslagen wereldtop werd

In dit artikel:

Isaac Kimeli, geboren op 9 maart 1994 in Uasin Gishu (Kenia), heeft zich dankzij een combinatie van doorzetting, professionalisering en een terugkeer naar zijn roots opgewerkt tot de wereldtop op de 5.000 meter. Hij kwam als tiener naar België toen zijn moeder erheen verhuisde en raakte in 2011 bij toeval in aanraking met atletiek; talent kwam snel bovendrijven, maar de weg naar de absolute top verliep niet zonder tegenslag.

In 2019 boekte Kimeli zijn eerste grote internationale doorbraak met een finaleplaats op het WK in Qatar — een prestatie die voor een Belgische 5.000-meterloper op zichzelf al bijzonder was. De Olympische Spelen in Tokio (uitgesteld naar 2021) bleken toen nog teleurstellend, maar in de jaren daarna bleef hij progressie boeken: hij eindigde als achtste op de Olympische Spelen in Parijs en vocht zich terug na meerdere blessures en het verlies van zijn topsportcontract, een situatie die hem in 2022 diep trof.

Cruciale schakels in zijn herstel waren ondersteuning en advies van trainingspartners zoals Simon Debognies en Bashir Abdi. Abdi spoorde Kimeli aan om soms meer risico te nemen en “out of the box” te denken; ook het besluit om regelmatig terug te keren naar Kenia voor hoogtetraining maakte een groot verschil. Op hoogte kon hij trainen, familie bezoeken en eenvoudiger op routine focussen — dat verbeterde zijn fitheid, mentaliteit en tactische scherpte.

Die combinatie van fysieke voorbereiding en nieuwe koersinzicht leverde uiteindelijk een zilveren medaille op het wereldkampioenschap op de 5.000 meter op. Kennissen en ploegmaten noemen de prestatie ontroerend en opmerkelijk; Abdi verwacht dat Kimeli in de komende jaren nog dominanter kan worden. Kimeli’s verhaal is er één van volharding: van een late start en periodes van onzekerheid naar internationale erkenning dankzij aanpassing, professionele groei en het herontdekken van zijn oorsprong.