Na stunt van Stijnen: waarom psychologische spelletjes niet risicoloos zijn - "Kan ook motiverend werken"

In dit artikel:

De psychologische oorlogsvoering in de sport krijgt aandacht in een recente aflevering van Sporza Daily, met specifieke focus op de omstandigheden waarin teams ontvangen worden. Een voorbeeld dat wordt besproken is de verontwaardiging van Charleroi-coach Rik De Mil over de ontvangst van zijn team bij Patro, waarbij onder meer sprake was van een zeer warme kleedkamer.

Voetbaltrainers Guido Brepoels en Dennis van Wijk, met veel ervaring in de sport, bepleiten dat dergelijke tactieken, zolang ze respectvol blijven, toegestaan zijn. Brepoels merkt op dat dit soort situaties niet nieuw zijn en eerder als minder problematisch werden gezien. Van Wijk benadrukt dat kleine ongemakken toegestaan zijn om een tegenstander te prikkelen, zolang het niet kwetsend of schofferend wordt.

Tegelijkertijd wijzen beide coaches op het risico van een "boemerangeffect", waarbij de tegenstander zich juist sterker gemotiveerd kan voelen. Ze benadrukken dat professionele atleten goed voorbereid moeten zijn en niet afgeleid mogen worden door dergelijke spelletjes. Sportpsycholoog Michaël Verschaeve voegt hieraan toe dat de ethiek van winnen ook een belangrijke rol speelt. Hij stelt vragen over hoe ver sporters willen gaan voor de overwinning en waarschuwt dat sabotage bij tegenstanders averechts kan werken, wat kan leiden tot een versterking van de teamgeest.