"Pure wintersport" of "geforceerde toevoeging"? Mogelijk olympisch label voor veldrijden zaait verdeeldheid
In dit artikel:
Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) overweegt veldrijden en veldlopen op te nemen in het winterprogramma, nadat de UCI en World Athletics deze zomer toegegeven hebben daar al voor te lobbyen. Formeel mogen Wintersporten nu alleen op sneeuw of ijs beoefend worden, maar het IOC zou bereid zijn die regel aan te passen omdat beide disciplines hun hoogseizoen in de winter hebben. Die mogelijkheid stuit op fel verzet van traditionele wintersportbonden (schaatsen, skeleton, curling), die vrezen dat het merk en de identiteit van de Winterspelen verzwakken als sporten zonder sneeuw of ijs worden toegelaten.
Binnen de wieler- en atletiekwereld zijn de meningen verdeeld. Voorstanders, zoals drievoudig wereldkampioen Erwin Vervecken, benadrukken dat veldrijden historisch en praktisch een wintersport is — races zijn vaak in sneeuw of op ijs verreden — en dat een olympische status de sport internationaler zou maken en mogelijk weer meer toprenners uit andere landen aantrekt. Ook financieel en qua kijkcijfers zou deelname op Olympisch niveau voordelen kunnen opleveren.
Tegenstanders waarschuwen echter voor verlies van eigenheid. Europese kampioen Toon Aerts vreest dat een olympisch event de bestaande crosskalender zou domineren: de olympische race zou meteen de grootste wedstrijd van het seizoen worden en kleine, lokale crossen — die de Vlaamse folklore en beleving draagvlak geven — in het gedrang brengen. Hij stelt dat de sport juist leeft van die lokale tradities en dat een te geforceerde professionalisering schadelijk kan zijn. Voormalig veldloper Pieter‑Jan Hannes betoogt eveneens dat het toevoegen van disciplines louter op basis van seizoen niet per se past bij de Winterspelen; hij vindt dat wintersporten die wél op sneeuw en hoogteprestaties inzetten (zoals het recent toegevoegde ski‑mountaineering voor 2026) logischer passen bij het winterprofiel.
Vanuit Belgisch perspectief zijn er ook pragmatische argumenten: Hanna Mariën (Schaatsunie) ziet in olympische erkenning een kans om wintersporten in België meer zichtbaar te maken en zo mogelijk extra medaillekansen en belangstelling te creëren.
Het gesprek toont een fundamenteel dilemma: streven naar meer internationale status en mogelijke groei van fietscross en veldlopen, of het beschermen van de typische winteridentiteit en het grassroots‑karakter van die sporten. Welke visie zwaarder gaat wegen, hangt af van het IOC, de traditionele wintersportbonden en de sportbonden zelf — en van hoe groot de druk is om regels te wijzigen ten gunste van een bredere, commercieel aantrekkelijke programmering.