Thorsten Fink schiet met scherp: "Als ik niet de beste coach ben voor Racing Genk, dan ga ik"
In dit artikel:
Tussen KRC Genk en trainer Thorsten Fink (58) hangt forse druk. Terwijl Genk vanavond in de Europa League actief is en in dat Europese pouleklassement nog uitzicht heeft op de top‑8, is het sportief beeld in België zorgelijk: vorige week uit de beker geknikkerd en in de competitie weggezakt naar plaats acht, met de zware ontgoocheling tegen Antwerp als pijnlijk dieptepunt.
Sportief directeur Dimitri de Condé zette de druk op de ketel; Fink reageerde met een mix van uitleg en verantwoordelijkheid. Hij benadrukt dat de club een langetermijnvisie hanteert waarin verkopen van spelers en het inpassen van nieuw talent centraal staan. Dat beleid verklaart volgens hem deels de schommelingen tussen sterke en minder sterke seizoenen. Tegelijk erkent Fink dat de ambities — in Genk wordt van topplaatsen gesproken — moeilijk te verenigen zijn met de huidige stand: “We kunnen niet op de 8e plaats blijven tot in februari,” zei hij, en hij houdt vast aan de wens om in de top‑4 te eindigen.
Fink neemt persoonlijk verantwoordelijkheid voor de recente fouten en verloor zich niet in het afschuiven van schuld: als coach draagt hij meer verantwoordelijkheid dan de spelers en was hij degene die na Antwerp publiekelijk de fout op zich nam. Hij zegt bereid te zijn te vertrekken als de club vindt dat hij niet de juiste man is, maar benadrukt ook dat hij gelooft dat ontslag niet per definitie verbetering brengt. Interne wijziging van de staf en een gezamenlijke inspanning om uit de negatieve spiraal te komen zijn volgens hem nodig.
Kort samengevat: sportieve tegenwind, een bestuur dat druk zet, en een trainer die zichzelf kritisch houdt maar openstaat voor vertrek als dat het beste zou zijn voor de club.