Toernooidirecteur weerspreekt Federer en Zverev - "Maken banen niet trager voor Sinner en Alcaraz"
In dit artikel:
Roger Federer trok tijdens de Laver Cup een discussie op gang door te suggereren dat toernooiorganisatoren de ondergrond langzamer maken om finales tussen Carlos Alcaraz en Jannik Sinner te bevorderen. Alexander Zverev sloot daar in Shanghai bij aan en waarschuwde dat tennis daardoor zijn karakterverschillen tussen gravel, gras en hardcourt verliest.
Bob Moran, toernooidirecteur van de ATP- en WTA-1000‑events in Cincinnati, ontkent dat banen bewust worden aangepast om bepaalde spelers te bevoordelen. Hij zegt dat organisatoren juist streven naar consistentie tussen Washington, Cincinnati en de US Open en dat die locaties in dezelfde snelheidsklasse (medium-fast tot fast) zitten omdat spelers dat prefereren. Te snelle banen zouden bovendien kritiek opleveren; vorig jaar werden ze al als te ‘glad’ bestempeld, aldus Moran, die benadrukt dat lange rallies belangrijk zijn voor de beleving van het publiek.
Jannik Sinner reageerde geïrriteerd op de kritiek van Zverev en stelde dat hij geen invloed heeft op baanopbouw en zich per evenement aanpast. Onafhankelijke metingen van courtspeed.com ondersteunen de onrust van Moran: de gemiddelde baansnelheid is sinds 2017 licht gestegen en de snelste baan in Toronto blijft in de categorie ‘medium-fast’.
De kern van het debat is de balans tussen voorspelbaarheid en diversiteit: spelers en fans willen consistente omstandigheden, maar sommige toppers vinden dat variatie tussen ondergronden essentieel blijft voor aantrekkelijke, uiteenlopende wedstrijden. De discussie over of en hoe organisatoren die balans beïnvloeden is daarmee niet beëindigd.